De dynamo, of alternator, verzorgt de benodigde stroom die gevraagd wordt in een voer-of vaartuig, zoals een auto, vrachtwagen, boot of iets anders.
Heden ten dage worden er in een gelijkstroomsysteem bijna alleen nog wisselstroomdynamo's toegepast. Een wisselstroomdynamo kan meer vermogen leveren dan een gelijkstroomdynamo en is zodoende een stuk compacter. De wisselspanning wordt gelijkgericht met behulp van 3 diodes aan de pluszijde, en 3 diodes aan de min zijde van het gelijkstoomsysteem. Hier zijn nog een aantal variaties op, zoals dubbele diodes en een diode aan de plus en de min zijde van het sterpunt van de driefasen wisselstroomdynamo.
Het draaiende gedeelte van de dynamo heet de rotor. In rotor van de dynamo zit een spoel. De spoel wordt bekrachtigd met een gelijkstroom (de accu of batterij) die zorgt voor een magnetisch veld rondom de rotor. Doordat de rotor gaat draaien (deze wordt bijvoorbeeld via een aandrijfriem aangedreven door de motor), komt er een magnetisch veld door de stator die stilstaand om de rotor heen zit. De stator zit dus vast in het huis van de dynamo. In de stator wordt hierdoor een wisselstroom opgewekt die op zijn beurt weer gelijkgericht wordt door de diodes en geleverd wordt aan alle verbruikers.
De stroom door de rotor bepaald de spanning in het systeem. Deze wordt afgeregeld door de spanningsregelaar. In een 12 volt systeem is de afgeregelde spanning rond de 14 volt. Op deze manier is de spanning nooit te laag en blijft de accu vol.

 


Het volgende internetadres wordt automatisch geopend:
Hulp nodig?

Hulp nodig?

      (+31) 06 5787 6990
   info@startenladen.nl